Waarom ik wellicht nooit Ondernemer Van Een Jaar zal worden.

Als ik naast het schaars verlichte fietspad een gestalte zie wandelen, vergezeld van dansende lichtjes, reageer ik zo:

“Woah! Die meneer laat zijn vuurvliegjes uit! ” (Waarop ik knipoog naar de nét niet volle maan.)

En pas een kwartier later denk ik:

“Hmm, dat is best slim bedacht, een hesje met ledlampjes voor de hond. Daar kan je in de korte dagen vlak voor de feestdagen wel een markt voor creëren.”

Vernuchterend

“Your comfort zone” en “Where the magic happens” blijken toch ook gewoon 2 grasveldjes op dezelfde heuvel te zijn.

Zelfkennis

De optimist in mij heeft het soms mis, en de pessimist in mij heeft het soms bij het rechte eind.

Nu nog uitvissen welke van de 2 dat heeft bedacht.

Tradities

Zet je masker maar op

en verberg uwe kop

zodat niemand kan zien

of je Jan bent of Mien

Als Grote Mens ben ik geen onvoorwaardelijk bewonderaar van het fenomeen carnaval, alhoewel ik me meen te herinneren dat ik er als snotaap wel plezier aan beleefd heb. Zonder bier. En dat zou me nu een stuk moeilijker afgaan vrees ik.

Net zoals dat voor een pak andere tradities geldt, ben ik voor noch tegen, maar ik neem er zelden aan deel. Maar ik snap meestal de historische context wel. En dan vraag ik me wel eens af, ook zonder bier, of er nu nog tradities geboren worden eigenlijk. Voor later dan. Krijgen mensen binnen een jaar of 200 een dagje vrij om met kartonnen iPads in de hand een revolutie via Facebook na te spelen? Zal het nageslacht van mijn petekinderen (zelf reken ik er zo niet meer op) de laatste schooldag voor de Sint-Justin-vakantie (wie zal het zeggen) een optocht door het dorp houden op een éénwielertje met platte banden, net zoals alle andere schoolkinderen? Wordt er ooit gedoctoreerd op het onderwerp ‘Idool-queestes aan het begin van het derde millenium’? Of wacht, dat gebeurt nu vast al…