Plat pas preferé

Onderweg naar huis, des nachts, per fiets, langs een donker fietspad, zonder licht, met enige XL-pilskes in ietwat onmannelijke glazen, in de graskant een kat, voor mijn wiel een egel:

Mijn kater keek naar de kat
de kat keek naar de egel
ik reed de egel plat
en mijn kater was ontregeld.

Noot 1: het scheelde maar een haar, egel, kat en kater stellen het wel. Maar het had gekund!

Noot 2: ik fiets in het donker altijd mét licht, alleen op dat fietspad niet.

Tuuut

Er fluit iets in mijn oren… Ik weiger te geloven dat er plots een koolmees huist in mijn gehoorgang, dus het moet aan die fuif waar ik net vandaan kom liggen.

Een tijd geleden heb ik me voorgenomen om  me niet meer te vertonen in de online wereld als ik gedronken heb, maar net als een rallychauffeur die plots het verschil tussen links en rechts niet meer kent kan ik niets anders dan vaststellen: af en toe loopt het mis.

Ik heb een onwaarschijnlijke fijne dag beleefd vandaag, met cadeautjes, met een stukje buitenland, met zoenen, met fijne wensen, en dat alles afgerond met een fuif waar ik met een kleine hand vol vrienden heb geleefd alsof ik nog piep was. En hoewel ik weer de leeftijd van een verder niet te benoemen priemgetal heb bereikt, ging me dat geweldig goed af. Al moet ik toegeven: zonder ingrijpen van mijn kater had ik de sleutel nooit ofte nimmer in dat dansende slot gekregen.

Het moet geleden zijn van de tijd waarin schaamhaar nog een vooral theoretische eigenschap was van mijn wezen dat het kalenderjaar zo ver gevorderd was voor ik voor het eerst in een jaar ging slapen nadat de zon ontwaakt was. Erger nog: de zon is nog niet te bespeuren, en ik snak naar mijn beddenbak. Word ik dan toch stilaan oud? Of worden de nachten steeds maar langer en langer sinds in alleen ben gaan wonen?

Het is exact nu 3u33, en als ik nu niet ga slapen, dan loopt het ontegensprekelijk mis. Dus ik rond de dag af in de wetenschap dat ik graag gezien word, met in het achterhoofd het besef dat ik nog steeds geen Jager ben, en met de warme herinnering dat ik vandaag voor het eerst sinds heel erg lang letterlijk warmte heb voelen stralen van iemand waar ik dicht bij stond. Meer zelfs: ik werd voorwaar statische elektriciteit gewaar. Ik heb én ben nog steeds geen standbeeld. Hoera!

Les in nederigheid

Afgelopen vrijdag mocht ik bij één van m’n oudste en dierbaarste kameraden flessen jenever gaan opdrinken. Hij was die flessen beginnen verzamelen sinds we als 16-jarigen Antwerpen begonnen te ontdekken. Gelukkig betrof het van die minibar-flessen, want dat anderhalve decennium gisten liet zich niet onbetuigd.

Daardoor zat ik zaterdag dus opgezadeld met m’n kater. En hoewel hij zich best heeft weten te gedragen tijdens de 10 uur durende shopping trip voor de Grote Verhuis, liet hij zich daarna alsnog gelden. Maar ik heb eindelijk iets ontdekt om hem stil te krijgen!

M’n zus, m’n kater en ik zaten wat te zappen, tot m’n zusje een frans kanaal vasthield waarop een soort voetbalmatch werd uitgezonden. Ik zeg een soort van, want dit was een sport voor échte mannen. Op een groot veld met aan weerskanten hilarisch hoge doelpalen, bulderden 30 stieren rond. Het doel van het spel was een soort ei-vormige klomp leer te verplaatsen. In welke richting dat net moest gebeuren was niet meteen duidelijk, men gooide met de bal en met elkaar, men stampte tegen die bal en op elkaar enzovoort.

Mijn kater begon te gniffelen, tot hij wat beter begon op te letten. Het belangrijkste verschil met voetbal is namelijk dat je medespelers bij voetbal kwaad zijn als je de bal verliest, terwijl men dat hier net leuk lijkt te vinden! Als je de bal vasthoudt, proberen de tegenstanders je te vloeren. En als je de bal verliest, springen je medestanders boven op je kop. En toen moest mijn kater slikken, hij werd erg stil toen een knaap ineens bedolven werd onder dik 400 kilo dynamiet! En men doet er laaang niet zo flauw als op een voetbalveld!! Waar die skinny bastards zichzelf laten vallen en beginnen huilen, probeerde er hier een kerel met de bal vandoor te gaan. Een vent met een andere kleur van T-shirt keek even achteloos om, stak zijn arm uit, spande zijn biceps en BAM de mens met de bal liep met zijn bakkes tegen de betonnen spierkabels. Mensen lief, in de vertraagde herneming werd zijn gezicht vervormd tot een soort scheve ananas, dus ik dacht: hallo, ziekenbroeders? Maar nee! Hij stond recht, trok zijn neus terug in de oorspronkelijke positie en feliciteerde de andere met zijn daadkrachtig optreden.

En m’n kater boog stilletjes zijn hoofd toen duidelijk werd wie écht de moedigste man is op zo’n rugbyveld: de scheidsrechter. De man haalde het in z’n hoofd om met zijn vlaggetje te wapperen, en werd prompt bestormd door een viking, een highlander en een Maori, alle 3 van het soort dat Dzjengis Khan en Attilla de Hun beleefd zouden groeten. We verwachtten allebei dat zijn vrouw spoeding een moeilijk telefoontje zou krijgen, maar nee hoor. O nee! De kolossen drukten hun ongenoegen luidop en expressief uit, doch zonder hun fatsoen te verliezen. En de scheids bleef er onbewogen bij. En met de staart tussen z’n benen is m’n kater in zijn mandje gekropen.

Startsein

2009 kan wat mij betreft officieel in gang schieten: vandaag hadden we ons jaarlijkse familiefeest, traditiegetrouw een ijkpunt voor het jaar dat zich ontvouwt voor onze ogen. Het transport zat alvast wat complex in elkaar: ik ben meegereden met mijn mama en m’n zus, met de auto jawel. 5 dagen per week door die klotesneeuw ploeteren volstaat wat mij betreft (noem mij gerust plat). Vanavond ben ik dan met mama en een nonkel vertrokken. De nonkel wou halverwege uitstappen (tijdens het rijden!), maar we haalden heelhuids de Antwerpse binnenstad. Dan zijn we zonder nonkel verder gereden naar een kozijn, waar m’n zus terug is ingestapt. En tenslotte zijn we met mams, zus én kater thuis aanbeland.

En m’n kater heeft weer een dolle tijd beleefd! Terwijl ik me nog maar eens verwonderde over de moeilijker tijden waarin de generatie voor mij is moeten opgroeien, heeft m’n kater zich kolderiek druk gemaakt in de leegstaande opvangbedden bij het leger, terwijl menig thuisloze vreest met een vinger of wat minder wakker te worden de volgende ochtend. De ziedende en doelloze acties van het AEL en aanhangsels passeerden de revue, net als de debielen die de smog-maatregelen in vraag stellen (bij dit weer ooit al eens naast iemand gefietst met aanleg voor astma? wel?) en slimming en swaffelen. Kortom: een fantastisch geslaagd familiefeest weeral!

Ondertussen stel ik vast dat ik 2 totaal verkeerde CD’s gekocht heb als cadeautje, dat m’n kater z’n enige goede voornemen voor dit jaar al naar de verdoemmenis heeft geholpen (zijnde: geen nachtelijke smsjes meer sturen waar ik me morgen voor moet verontschuldigen), en dat deze blogpost u niks wezenlijks bijbrengt. Ach, het zal minstens toch een dagboekfragment zijn dat ik binnen een jaar of 25 kan teruglezen.

Samen uit

Wat een dag! Music for Life haalde in de eerste 12 uur al tienduizenden euro’s op, mevrouw Lhermitte kreeg onterecht levenslang, de regering deed alsof ze viel, en ik kwam na een half decennium nog eens in het plaatselijke jeugdhuis!

Wat bedoeld was als een avondje kletsen in de kroeg met een goeie vriend, eindigde in een trip down memorylane in een fijn en steeds groeiend gezelschap, nadat ik mijn andere vriend de kater tegenkwam aan de toog. Herinneringen werden opgehaald, beloftes werden gemaakt, plannen gesmeed, en ik noch m’n kater hebben iemand proberen binnen te doen. En achteraf door de regen per fiets naar huis. Wat een heerlijk begin van 16 dagen broodnodige vakantie. En morgen wordt nog beter, want ik was vanavond sterker dan m’n kater.

Hiaaaaargh

Kater,

Ja het was verstandig om naar huis te fietsen, onnozelaar! Een uitnodiging om te blijven logeren zodat gij die ellendig lange weg naar huis niet moest fietsen, terwijl ge al naast de fiets in kwestie stond te waggelen, is niet per definitie een uitnodiging voor een stomende nacht. Volgende keer blijft ge thuis, ambetanterik!

Over het tweede punt ben ik wél hard aan het nadenken. Er komt wel iets uit de bus!

Van die links wist ik er nog maar 2, dus bedankt daarvoor. En die zure appeljenever was ik eerlijk gezegd ook kwijtgespeeld… Maar die iPhone was ik niet vergeten!

Als je me nodig hebt, ik ben een plugin aan het zoeken die er voor zorgt dat er ’s nachts niets meer in de stomp kan gegooid worden. Desnoods schrijf ik er zelf 1.

Savooi

Enquète

Savooi,

Twee vragen die je jezelf morgen moet stellen als je nuchter bent:

  1. Was het werkelijk zo verstandig, toen die oude vlam voorstelde om te blijven slapen, om te antwoorden: ‘Zolang mijn fiets niet zat is geraak ik wel thuis’?
  2. Hoe kan je je ex-collega’s gepast bedanken voor al die geweldige cadeautjes?

Ik bedank hen alvast van harte, ook voor de onvergetelijk leuke avond. En ik bedank de vogeltjes, om me de weg naar huis te wijzen. Tenslotte bedank ik S omdat ik met z’n iPhone heb mogen spelen. Jij gaat daar zooo’n spijt van hebben dat je dat niet meer weet! 😀

Oh ja, dit mag je verder ook niet vergeten:

  • link naar Jef Dunham doorsturen naar G
  • link naar menselijke tetris doorsturen naar N
  • link naar Filsh doorsturen naar M
  • je fiets staat in de gang
  • 21 november is het fuif met a moeder

Groetjes,
Je kater,
die genoten heeft van een Karmeliet, een Palm, een Caiparinha, een zure appeljenever, een pintje, een tauro, en 3 pintjes (voor het geval je dat morgen ook niet meer zou weten)

Liberation

Excuses passen net zomin op dit blog als mijn kont in een slip maat medium, maar toch: het voelt wat ongemakkelijk dat het hier al zolang stil is. Bescheiden poging dus om wat verse patatjes in de stomp te gooien, al is het weer mijn kater die de aanleiding geeft. Zeg niet dat ik het niet gezegd heb.

Het was ongelooflijk lang geleden dat ik op een vrijdagavond een absoluut totaal bevrijdende belevenis mocht ervaren. En u voelt hem al: vanavond was het prijs! Nooit eerder had ik me kunnen inbeelden hoe verlossend het kan zijn om met 649 al dan niet gelijkgestemde zielen, in een parochiezaal ten velde uit volle borst te brullen: ‘Waaaaaant deeeee weireld dieje go nor de kloewete’. Het lijkt een lange weg tussen het lichtrode oortjes krijgen tijdens het luisteren van de platen van Katastroof op mijn kamertje als 14-jarige, en het ongegeneerd meebrullen met ‘Dikke tetten’ en ‘Zuipe zuipe’ vandaag. Noem ze volks, noem ze zelfs plat voor mijn part, ze speelden de afgelopen 30 jaar wel mooi 20 albums vol. En die mannen kunnen een ferm stukske muziek spelen en zingen! Als bewijs daarvan de meerstemmige, a capella, licht aangepaste versie van ‘Het loze vissertje’. YouTube is uw vriend als uw nieuwsgierigheid geprikkeld zou zijn. Sommige van hun meer ernstige nummers zijn beenhard verankerd in mijn playlists (Vriendschap, Ontwaken, Het geloof,…).

Het voelt echt fijn, nog eens te kunnen vaststellen dat ik 2 keer op 1 dag zal gaan slapen. Ik kruip tevreden mijn bed in, nadat ik mijn kater nog een palmke heb uitgeschonken. Hopelijk houdt ie zich rustig, dan kan ik nog net lang genoeg zacht piekeren over het te korte afscheid eerder vanavond van enkele goede vriendinnen die morgen voor 35 dagen naar den Vreemde trekken. Als het meezit, kan ik zelfs nog even glimlachend terugdenken aan een paar knuffels van vandaag die me hebben doen tintelen. Niet op een ‘opwindende’ manier, maar als verstokt vrijgezel sinds lang is het steeds weer verbazend hoe lichamelijk contact me raakt. Misschien mis ik toch iets. Als laatste ga ik even zachtjes giechelen als ik terugdenk aan de oudleiding van een naburige chiro, die ik op het kerkplein een stevige donderpreek hoorde krijgen van een omhooggevallen chef van een té duur restaurant, omdat de onverlaat het had gewaagd tegen zijn pas vernieuwde gevel in arduin te zeiken. Ik overweeg m’n kater nog gauw even tot daar te sturen.