De Fanfaar

Het is een gewoonte waar ik maar niet van af raak: CD’s kopen op basis van het hoesje en/of de groeps- of albumnaam. Net als roken is het een dure gewoonte, alleen levert dit af en toe zeer tot zéér aangename ontdekkingen op.

Afgelopen weekend zag in een bepaalde multimediale keten een onbekend schijfje staan bij de Nederlandstalige nieuwigheden. 2 roodharige meiden in een blauw-geel majorettenpakje in een pose die gezonde kolder doet vermoeden sieren de cover. De groep die het album had uitgebracht bleek ‘De Fanfaar‘ te heten, en de achterkant gaf titels prijs als ‘De Slechtste Mens Van De Weireld’, ‘Nimmendal’ en ‘Televees’. En vooral: de achterkant van het doosje toonde de achterkant van dezelfde majoretten. Verkoopstruc die aan mij besteed is: kopen die handel!

Ik heb nog steeds geen idee waarom, maar ik verwachtte een schijfje vol dialectische kleinkunst, à la Mira of Het Zesde Metaal, wat ik graag mag beluisteren. En ik zat blijkbaar half goed: de teksten worden gebracht in wat volgens mij als authentiek Brussels kan omschreven worden. Maar er kwam geen kleinkunst uit de speakers mijn rugzakradio! Hell no! Niet zo muzikaal onderlegd als ik zou willen ken ik niet veel van muziekstijlen, maar ik zou dit bestempelen als ronkende rockmuziek.Vergelijken durf ik niet, maar naar mijn bescheiden mening staan op dit album met ‘De Slechtste Mens Van De Wereld’, ‘Adieu’ en ‘Bloemen En De Ghiele Cinema’ minstens 3 tracks die de Afrekening niet zouden ontsieren.

Gelukkig voor mij worden de teksten gratis bijgeleverd, dat maakt de songs sneller te vatten voor plattelanders als een Savooi : “Ge moet ni wachten, gojt mo voesj / Dui maain stuute komde straks nog vuil te loêt / Sinds da ge mê ma gojt es a leive vuil te stoem / Ge moet ee ni blaajve omdat ik aa dat hem gevroêgd” (Jeroen Camerlynck)

Geweldige ontdekking, op hun MySpace kan je op dit moment 3 nummers beluisteren.

Rosbos

Door mijn drukke leven (hier neem ik even pauze om luid lachend over m’n net gepoetste vloer te rollen) is het wat blijven liggen, maar de savooistomp kreeg op 15 april een leuke comment op een postje. Die comment had hoegenaamd niets te maken met de post waarvan sprake, maar de schrijver ervan wou iets laten weten, en wees me er op dat er geen contact-info dan wel -formulier voorzien is in de stomp hier. Waarvan akte!

Ik geef even het integrale bericht mee:

Sorry, dat ik het zo moet doen, maar dit berichtje om je te melden dat ik als zanger van het toenmalige Bolster , een nieuw radiosuccesje heb met mijn nieuwe band ! Check het even op http://www.rosbos.be, en wie weet komen we elkaar deze zomer tegen !
Laat mensen waarvan je weet dat ze into Nederlandstaligemuziek zijn gerust de site kennen !

Wis dit bericht gerust, want ik was op zoek naar een andere contactmanier, maar die vond ik niet…

Geen idee wat u er van denkt, maar ik vond het wel leuk dat de mens dat even liet weten. Ook geen idee hoe hij weet dat ik een tijdje geleden de muziek van Bolster meer dan te pruimen vond. En ik had al helemaal geen idee dat Bolster niet meer bestaat.

Maar goed: Bolster is dood, leve Rosbos! Op de site kan je een paar nummers beluisteren (waaronder een cover van ‘Mia’ van Gorky). Het is niet meer helemaal mijn ding, maar zoals Calvijn ooit al sprak tegen zijn gevolg: “Oordeel vooral zelf”.

em en em

Stiekem benieuwd toch naar de nieuwe hitzender die vanaf morgen ons hart zal verblijden. De rechtstreekse stream is al beschikbaar (http://mp3.streampower.be/mnm-high of -mid of -low).

Ik luister nog altijd het liefst naar Stu Bru, maar Donna heeft me lang geleden, vlak na de lancering zelfs, toch aangename verpozing gebracht toen ik in ’t kliniek lag. Echt curieus of ik dat met MNM ook ga hebben. Misschien zit ik zelfs in den Doelgroep?! Dan wil ik alvast meegeven dat ik de huisstijl spuuglelijk vind. 🙂

Muziek verkopen: you’re doing it right!

De laatste tijd spendeer ik meer en meer computertijd in Ubuntu. Het werkt niet alleen sneller dan onder XP op mijn niet-meer-piepjonge bakje, ik begin er ook van te houden.

Vanavond wou ik nog eens wat muziek horen tijdens het prutsen. Normaal laat ik Rhythmbox dan de liedjes op mijn windows-partitie ophalen, en het duurt eventjes voor mijn collectie helemaal ingeladen is. Tijdens het wachten klikte ik in de linkerbalk eens op Magnatune, een muziekdienst à la iTunes. Alleen gaat 50% van de opbrengst naar de artiesten, en zijn de nummers ook echt helemaal van jou. On the downside: er zitten voorlopig enkel relatief onbekende artiesten in hun aanbod. Er worden op dit moment bijna 600  albums aangeboden van iets meer dan 260 artiesten.

Ook standaard in Rhythmbox zit de catalogus van Jamendo, die meer dan 7000 albums bevat van meer dan 4100 artiesten. Netjes dus. Jamendo werkt ook een ietsje anders dan Magnatune: de nummers in hun catalogus zijn uitgegeven onder een Creative Commons licentie. In algemeen vlaams: ze zijn gratis. Je kan een heel album beluisteren, integraal, en het dan downloaden (via torrent). En het staat je vrij om een bijdrage te betalen die helemaal naar de artiest gaat.

En zo heb ik Bert Jerred leren kennen, een stem met een gitaar, heel aangename luistermuziek. Er zijn meer dan 20 albums van hem vrij beschikbaar. Ik wou er alvast 1 downloaden, ‘Under the stars’, en daar een fatsoenlijke bijdrage voor betalen. En toen liep alles weer vast… Op de meest onhandige momenten bevriest m’n PC onder Ubuntu, nagenoeg altijd als ik een webpagina open. Ik gokte eerst dat het aan Flash lag, maar dat klopt niet blijkbaar. Erg irritant. Ik was ook al halfweg deze post, maar gelukkig slaat de savooistomp zelf regelmatig op wat er al getypt is. Maar Rhythmbox, of beter Jamendo, rammelt nu wel met mijn voeten. Van die hele meneer Jerred is ineens geen nummer meer terug te vinden in de catalogus 😀 Jammer, ook voor hem. Na nog wat snuisteren heb ik nog wel ‘Betrunken in Klappstuhl’ ontdekt, met nummers als ‘Deine Mudda und dein Vadda sind verwandt’ 😀

Maar wat ik echt wou zeggen: deze manier van muziek ontdekken en aanschaffen vind ik geweldig. Je beluistert eerst een heel album, en niet de eerste 30 seconden van een nummer, en de artiest krijgt een fair deel van je bijdrage. Én je kan met de liedjes doen wat je wil nadien, je hoeft ze niet opnieuw te kopen als je een nieuwe mp3-speler hebt of iets dergelijk belachelijks. Zou de Business het met me eens zijn?

Lakker, echt lakker

Voor het eerst een broodje eten van een broodjeszaak is altijd leuk. Zijn het verse broodjes? Is hun préparé lekker, of beter nog: is ie echt? Smaakt de tonijnsla een beetje zuur? Daar hou ik zelf van, het zure tintje doet me immers niet vergeten dat er dolfijntjes zijn vermoord voor mijn lekkere hap. Bewust eten is belangrijk hoor! Gebruiken ze sla, of van die gekrulde bruine vodjes? En is de smos-versie zijn geld waard doordat ze een heel gekookt ei gebruiken in plaats van 3 schijfjes ei zonder dooier nota bene?

Een debuutalbum beluisteren is zoiets als een nieuwe broodjeszaak testen. Je kan een broodje tonijn eten, dat zo lekker is dat je onaangenaam verrast het laatste kruimeltje al doorslikt. De nasmaak streelt je tong nog uren lang, en je hoopt bij elke volgend broodje tonijn dat het zelfs maar half zo lekker mag zijn als dat broodje waarvan sprake. Dat broodje tonijn, is het debuut van Hannelore Bedert voor mij op dit moment, ‘Wat als’. Man wat een stem (dat had mijn kater al eens verteld bedenk ik me)! Ontzettend mooie teksten, in een arrangement waar ik kan van kwijlen.

In sommige broodjeszaken weet ik echt niet wat te verwachten. Als ik dan ook eerder goesting dan honger heb, bestel ik zomaar iets. Denk aan iets als een smos-kaas-hesp, een beetje op veilig spelen. Niet te veel verwachten, en desnoods gooi ik er alles uit behalve de kaas. Maar dan… Dan!! Bij hap 2 blijk ik ineens niet een broodje, maar hét broodje in handen te hebben! De kaas is piepjong, zonder randjes maar mét gaatjes. En de hesp is niet zomaar hesp, o lieve help nee: full blown echte been hesp, die nog echt van het zwijn komt en op zolder heeft gehangen. Tomaten, eitjes, sla, de hele rimram is aanwezig. Ow! Effe met de tong voelen! Extra knabbelen… Jawel: verse worteltjes! En augurken! Niet eens de standaard rondjes, maar overlangs doorgesneden, zoetzuur opgelegde augurken. Maïs? Maïs! Het broodje zelf is zo knapperig als verse sneeuw onder mijn 43, die in lengte bijna moet onderdoen voor het broodje, en de mayonaise lijkt wel vers gemaakt! Voorwaar het broodje van het jaar! Dat broodje is dan ‘ROCKY komt altijd terug’ van Buurman. Een dijk van een plaat, bestaande uit 2 CD’s (is het al Kerstmis of zo?), die samen een perfect album vormen. Qua stemgeluid doen ze mij soms denken aan Frank Boeijen, teksten als poëtisch proza vol laagjes, net als de muziek zelf trouwens. Ik word nog steeds een beetje kortaf als iemand mij onderbreekt als ik naar deze plaat luister.

En dan is er nog het broodje dat eenvoudiger lijkt, maar waarvan je achteraf beseft dat het nog niet eerder was belegd geweest op deze manier. De wetenschap dat het nog lang zal duren voor je nog eens zo’n broodje ontdekt is ietwat bitter, maar gelukkig kan je een CD gewoon terug beluisteren. Een nieuw broodje, voila. Geen idee of het bij iedereen aanslaat, en dat doet er niet toe. En echt lakker. ‘Alsof’ van Jacko Bond, waarvan ik het gelijknamige nummer al kende van het afstudeerproject van haar lichting op Herman Teirlinck. Ik had ze al live mogen zien in Trix, en eerst vond ik de demo die ik daar had gekocht beter (sommige nummers komen sterker over met de accentjes uit haar moerstaal). Dat was snel vergeten, deze plaat, of minstens een paar nummers ervan, hoor ik bijna dagelijks. Onverwoestbaar. En wat een wijf! 🙂 Op de best mogelijke manier bedoeld, Riet. 😉