Printemps!

menig beukenhaagblaadje

komt piepen uit zijn knopje

en net als menig meikever

ben ik nu in mijn nopjes

Groene longen

Een goeie kameraad van mij fietst al bijna 8 jaar lang elke dag naar zijn werkplek in Antwerpen. Elke avond vist hij op de terugweg een appel uit zijn rugzak, en gooit het afgekloven klokhuis daarna in de graskant. Dit alles onder het motto ‘Wat stront kan worden, is geen afval’.

Nu fiets ik grotendeels langs hetzelfde traject, al bijna 7 jaar lang, en geloof het of niet: nog nooit heb ik zo’n klokhuis zien liggen! Rekent u even mee: 8 jaar lang, met pak ‘m beet 150 werkdagen (hij heeft veel vakantiedagen 😀 ), dat zijn toch al gauw 1200 klokhuizen!! Dat er ten oosten van Antwerpen nog geen immense boomgaard staat, doet mij slechts één vraag stellen: wie van u raapt die klokhuizen op?!

Hoe mijn oudste petekind al vijf werd!

Er was eens een Fien,
een prachtige Fien…
De prachtigste Fien
die je ooit hebt gezien!

Ze was al geen vier meer,
maar ook nog geen zes.
Exact 5 jaar oud
werd onze prinses!

Ik mag dat niet zeggen,
ze heeft dat niet graag.
‘Ik bén geen prinses!’,
zegt ze als ik haar plaag.

Maar al is papa geen koning
en haar moeke gewoon Katrien,
voor mij is ze altijd
mijn pete-prinses Fien!

En vandaag –  zou ik liegen? –
draagt ze toch écht een kroon.
Dus je bent wél een prinses;
geloof me maar gewoon 😉

Tradities

Zet je masker maar op

en verberg uwe kop

zodat niemand kan zien

of je Jan bent of Mien

Als Grote Mens ben ik geen onvoorwaardelijk bewonderaar van het fenomeen carnaval, alhoewel ik me meen te herinneren dat ik er als snotaap wel plezier aan beleefd heb. Zonder bier. En dat zou me nu een stuk moeilijker afgaan vrees ik.

Net zoals dat voor een pak andere tradities geldt, ben ik voor noch tegen, maar ik neem er zelden aan deel. Maar ik snap meestal de historische context wel. En dan vraag ik me wel eens af, ook zonder bier, of er nu nog tradities geboren worden eigenlijk. Voor later dan. Krijgen mensen binnen een jaar of 200 een dagje vrij om met kartonnen iPads in de hand een revolutie via Facebook na te spelen? Zal het nageslacht van mijn petekinderen (zelf reken ik er zo niet meer op) de laatste schooldag voor de Sint-Justin-vakantie (wie zal het zeggen) een optocht door het dorp houden op een éénwielertje met platte banden, net zoals alle andere schoolkinderen? Wordt er ooit gedoctoreerd op het onderwerp ‘Idool-queestes aan het begin van het derde millenium’? Of wacht, dat gebeurt nu vast al…

Geplend

Een bevriend koppel dat, als alles volgens planning verloopt, nog minstens 2 maanden zwanger zal zijn, heeft recent een verkennend bezoek gebracht aan een onthaalmoeder. Mijn verbaasde wenkbrauwen werden op even verbaasde wenkbrauwen onthaald: dat hoort zo, dat weet iedereen. Blijkbaar.

En dan heb ik het niet eens over het feit dat je als ouder niet te weten schijnt te kunnen komen waar er zich in je buurt dergelijke onthaalpunten bevinden (die worden je toegewezen). Maar die mate van planning is haast nauwelijks te bevatten voor een laatkomer als mezelf.

Al is er wel iets voor te zeggen. Meer zelfs: laat ons dat uitbreiden! Morgen ga ik aanbellen bij een boer hier in de buurt, om te zien welke koe de melk zal leveren voor mijn verjaardagsmilkshake in 2013. Met wat geluk kan hij me ook wijzen op welk stuk akker het graan zal gaan staan dat het brood voor mijn lunch op 29 februari 2012 zal bevatten. En volgende week plan ik een bezoek aan de lagere school hier, om de treinbestuurder-in-wording alvast wat uit te kafferen die me binnen een jaar of tien ergens te laat zal doen arriveren. Planning moet er zijn!

Keerwoord

Soms verbeeld ik me een Estse,

een prachtig palindroom.

Maar dan vooral fonetisch…

beken ik met enige schroom.

Njip

Links werd plots rechts
‘naar achter’ werd ‘naar voor’
en zo knipte mijn spiegelbeeld
een stukje uit mijn oor.